Gerrit Gerritsz Weeskinderen Boer ( Boertgen)
Gerrit Gerritsz Weeskinderen Boer ( Boertgen),
geb. te Huijsen; Koptienden Eerste: 1675-65,
ovl. te Huijsen; Koptienden Laatste: 1693-45,
, -
DE WEESKINDERS VAN GERRIT GERRITSEN BOERTGEN / BOER
Huizen Koptienden (1675-65 1693-45):
1675-65: v. Elbert Jansz Swart 1 Spt 1/2
1676-65:v.VADER Gerrit Gerritsz boertgen 1 Spt 6 cop
- Situatie: 2 Spt 6 cop 1/2
1691-45: v. Cornelis Henricksz Cruijmen 6 cop
- Situatie: 3 Spt 4 cop 1/2
1695-71:
- op DOCHTER Hendrickje Gerrits Boer 1 Spt 1/2
- op schoonzoon Jan Jansz de Ruijter 1 Spt 1 cop 1/2
- op DOCHTER Grietje Gerritsz Boer 1 Spt 2 cop 1/2.- Vader:
Gerrit Gerritsz Boer ( Boertgen), zn. van Gerrit Gerritz Boertgen en N. Gerberts Kruijff,
geb. in 1645 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1686-69,
OAH-II-E-180; Verponding 1674: 5 16 8,
ovl. in 1675 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1690-50,
begr. in 1695,
, --
GERRIT GERRITSZ BOER
Huizen Koptienden (1686-69 1690-50):
1686-69: v. Lambert Martens de Jonge 1 Spt 3 cop 1/2
- v. Christoffel (Abrahamsz)v.d.Broeck 4 cop 1/4
- v. Dirck Lambertsz 2 cop
- Situatie: 2 Spt 1 cop 3/4
1690-59: VAN Peter Jansz Visser 1 Spt
- op Claes Lambertsz Prins 7 cop
- op Elbert Jacobsz de Smit 7 cop 1/2
- op Claes Jan Volcksz 1 Spt
- op Gerrit Jacobsz Comin 3 cop 1/4
-
ONA-3669A111; 02-03-1667: Huwelijkse voorwaarden tussen Gerrit Gerritsz jongeman tot huijsen geassisteert met haar ooms en bloedvoogden Hendrick Gerritsz en Willem Gerritsz ter ene en Jannetje Cornelis jonge dochter geassisteert met haar
voogden Jacob Gerritsz oud-buurmeester en Lambert Gijsbertsz Smits oud-schepen van huijsen ter andere; Elbertge Cornelis zuster van de bruijd; ZIE 3669A72
-
ORA-184-3171; 17-05-1667b: Jan Cornelisz die gedaghvaert was van wegen Gerrit Gerritsz Boertgen als getrout hebbende Jannetgen Cornelis over betalinge van de / van f 333 die gemelte Jan Cornelisz schuldich was over coop van 2/3 parten van 't
huijs bij hem bewoont volgens
-
ORA-184-3171-28-11-1669: Cornelis, en de voogden van de innocente Elbertge Cornelis, die het ene jaar bij haar broer Jan Cornelisz en het andere jaar bij haar zuster Jannetge Cornelis zou wonen; voogden zijn Jacob Gerritsz en Lambert Gijsbertsz
Smits
-
ONA-3684A003; 02-06-1672: Hendrick Cornelisz en Gerrit Tijmensz horre, schepenen van huijsen, getuigen en verklaren op verzoek van Jan Cornelisz, dat zij op zijn verzoek ten huize zijn geweest van zijn zwager Gerrit Gerritsz Boer, gehuwd met
zijn zuster Jannetje Cornelis, aan wie hij, Jan Cornelisz, had gevraagd of zij hun andere zuster Elbertje Cornelis met hem mee wilde laten gaan, waarop Jannetje Cornelis zei dat dat niet zonder instemming van haar voogden kon.
-
ORA-3171; 15-09-1764: Gerrit Gerritsz Boer als getrout gehadt hebbende Jannetgen Cornelis, noe uxoris erffgenaem van Elbertje Cornelis mitsgaders de vooghden over de nagelaten kinderen van de voorn Jannetgen Cornelis eijschers en arrestanten
CONTRA Jan Cornelisz mede erffgenaem van de voorn. Elbertje Cornelis gedaagde en gearresteerde
Concludeert tot decretatie van het gedane arrest op het coorn gewas staende op de landerijen enz. Jan Pietersz Oude @ Isaack Willemsz als goede mannen
-
ORA-3183; 27-04-1675: Lambert Gijsbertsz Smits @ Jacob Gerritsz Grutter woonaghtigh alhier komen terug op een eerder d.d. 24-05-1674 door hun gedane verklaring en verclaerden ten versoecke van Jan Cornelisz dat Bijtjen Everts zaliger tot haren
huijsen gecomen is, @ haer deposanten versoght heeft dat sij Elbertgen Cornelis haer Nighte soude willen besteden bij Gerrit Gerritsz Boer in cost, dranck@ andere lighamelijcke nodruft, @ dat sij de penningen die sij daer voor soude beloven dat
sij Bijtje Everts 't gelt geven soude welck accoort sij deposanten op haer versoeck metten voorn Gerrit Gerritsz Boer gemaeckt hadde op f 70 jaerlijcks ; Lambert Gijsbertsz Smit was verzocht dit te geven enz
-
ONA-3667A033; 26-02-1676: Gerrit Gerritsz Boer (31) Willem Anxsz (26) Claes Willemsz (21)Tijmen Gerritsz (20) Pieter Jansz (19) alle woonachtich tot huijsen, d'welcke verclaerden @ attesteerden ter versoecke van Tijs Smit jongesel en Ruijter
enz; overige getuigen Dirck Gerritsz Doorn ende Sijmen Jansz
-
ORA-184-3172; 12-06-1677: compareerde voor Hendrick Ebben @ Gijsbert Evertsz Cos schepenen tot huijsen Gerrit Gerritsz Boer en verclaerde hij ten versoecke van Jan Jansz Oude @ Pieter Visscher als curateurs over sijn comparants boedel, dat
onder hem comparant geen goedt van Elbertgen Cornelis is berustende, als 't geen hij gebraght heeft onder de goede mannen ofte arbiters die de questie tusschen hem @ Jan Cornelisz hebben bijgelijdt enz
-
ORA-184-3184-A004; 12-11-1677: Gijsbert Evertsz Cos ende Willem Maurisz schepenen in Huijsen, Geertje Gerrits huijsvrouwe van Cornelis Gerritsz Metselaer d'Oude, ende Marritje Cornelis hare doghter, versoght vanwege de Curateurs van den boedel
van Gerrit Gerritsz Boer, verklaarden dat als wanneer Jannetge Cornelis (doghter en erfgenaem van Cees (=Cornelis) Jan(zs) en Steijn Everts haer vader en moeder zaliger) met haer broeder (Jan Cornelisz) partijdigh of twistende waren over een
seeckere sake, sij Jannetgen Cornelis alsdoen is comen wonen ten huijse van haer comparanten en datte selve Jannetgen Cornelis eenige tijdt bij haer comparante gewoont hebbende, voor den dagh gebraght heeft seeckere swarte huijck die voor desen
haer moeder zaliger toebehoort hadde. Ende dat sij de selve huijck naderhant (comende te trouwen met Gerrit Gerritsen Boer) tot haren lijve heeft laten maken en dat sij deselve oock heeft gebruijckt, soo als van gelijcken de voorn Jan Cornelis
gebruijckt heeft de mantel van sijn vader.,
tr. in 1667 te Huijsen; Huw.v.w. 3669A111; 02-03-1667.
- Moeder:
Jannetje Cornelis Jansz Lubbertsz , dr. van Cornelis Jansz Lubbertsz en Stijntge Everts ,
geb. in 1642 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1667-68,
ovl. in 1674 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1677-49,
, -
JANNEGEN CORNELIS JAN LUBBESEN
Huizen Koptienden (1667-68 1677-49):
1670-68: v.VADER Cornelis JanLubbertsz 2 Spt 5 cop 1/8
- v. Willem Gerritsz 3 cop
- Situatie: 3 Spt 1/8
1670-68: v. Gerrit Gerritsz Boertgen 4 cop
- Situatie: 3 Spt 4 cop 1/8
1671-54: + JAN LUBBESEN
1675-54: Sluij
1676-54: Sluij
- op Gerrit Gerritsz 1 Spt 6 cop
- Situatie: 1 Spt 6 cop 1/8
1677-49:
- op Jan Jansz d'Oude 7 cop 1/8
- op Henrick Willemsz 7 cop
-
ORA-184-3171; 26-01-1666: Jan Cornelis CONTRA Gijsbert Jansz Lustigh; Lambert Gijsbertsz Smits en Jacob Gerritsz als bij den Gereghte gestelt tot vooghden van Elbertgen Cornelis en Jannetgen Cornelis @ in die qualiteit de saeck vanwege de
voorn weeskinderen aennemende voor Gijsbert Jansz Lustigh concluderen .
-
ONA-3669A072; 19-08-1666: Testament van Bijtge Everts, weduwe van Elbert Jansz Swart in leven schout tot huijsen laat na aan: ZIE ONA-3669A111; 02-03-1667
- de twee dochters en de zoon van haar zuster Stijntge Everts: Elbertge Cornelis en Jannetge Cornelis en Jan Cornelisz; voogden van Elbertje Cornelis zijn Jacob Gerritsz, tegenwoordige buurmeester, en Lambert Gijsbertsz Smits schepen tot
huijsen
- de drie dochters van haar zuster Tijmentje Everts: Elbertge Rijcks, Annetge Rijcks en Jannetge Rijcks
-
ONA-3669A111; 02-03-1667: Huwelijkse voorwaarden tussen Gerrit Gerritsz jongeman tot huijsen geassisteert met haar ooms en bloedvoogden Hendrick Gerritsz en Willem Gerritsz ter ene en Jannetje Cornelis jonge dochter geassisteert met haar
voogden Jacob Gerritsz oud-buurmeester en Lambert Gijsbertsz Smits oud-schepen van huijsen ter andere; Elbertge Cornelis zuster van de bruijd; ZIE ONA-3669A72; 19-08-1666
-
ORA-184-3171; 28-11-1669: Financiële questie tussen Jan Cornelis en Gerrit Gerritsz Boer als getrouwt hebbende Jannetge Cornelis, en de voogden van de innocente Elbertge Cornelis, die het ene jaar bij haar broer Jan Cornelisz en het andere jaar
bij haar zuster Jannetge Cornelis zou wonen; voogden zijn Jacob Gerritsz en Lambert Gijsbertsz Smits
-
ONA-3684A003; 02-06-1672: Hendrick Cornelisz en Gerrit Tijmensz horre, schepenen van huijsen, getuigen en verklaren op verzoek van Jan Cornelisz, dat zij op zijn verzoek ten huize zijn geweest van zijn zwager Gerrit Gerritsz Boer, gehuwd met
zijn zuster Jannetje Cornelis, aan wie hij, Jan Cornelisz, had gevraagd of zij hun andere zuster Elbertje Cornelis met hem mee wilde laten gaan, waarop Jannetje Cornelis zei dat dat niet zonder instemming van haar voogden kon.
-
ORA-184-3171; 15-09-1674: Gerrit Gerritsz Boer als getrout gehadt hebbende Jannetgen Cornelis, noe uxoris erffgenaem van Elbertje Cornelis mitsgaders de vooghden over de nagelaten kinderen van de voorn Jannetgen Cornelis eijschers en
arrestanten CONTRA Jan Cornelisz mede erffgenaem van de voorn. Elbertje Cornelis gedaagde en gearresteerde
Concludeert tot decretatie van het gedane arrest op het coorn gewas staende op de landerijen enz. Jan Pietersz Oude @ Isaack Willemsz als goede mannen
-
ORA-184-3172;14-02-1675a: Jan Cornelisz als Erfgenaem van Elbertgen Cornelis, @ Jan Pieters Vergoes als vooghde over kinderen van Jannetge Cornelis gedaegden CONTRA Gijsbert Smit ?
-
ORA-184-3184-A004; 12-11-1677: Gijsbert Evertsz Cos ende Willem Maurisz schepenen in Huijsen, Geertje Gerrits huijsvrouwe van Cornelis Gerritsz Metselaer d'Oude, ende Marritje Cornelis hare doghter, versoght vanwege de Curateurs van den boedel
van Gerrit Gerritsz Boer, verklaarden dat als wanneer Jannetge Cornelis (doghter en erfgenaem van Cees (=Cornelis) Jan(zs) en Steijn Everts haer vader en moeder zaliger) met haer broeder (Jan Cornelisz) partijdigh of twistende waren over een
seeckere sake, sij Jannetgen Cornelis alsdoen is comen wonen ten huijse van haer comparanten en datte selve Jannetgen Cornelis eenige tijdt bij haer comparante gewoont hebbende, voor den dagh gebraght heeft seeckere swarte huijck die voor desen
haer moeder zaliger toebehoort hadde. Ende dat sij de selve huijck naderhant (comende te trouwen met Gerrit Gerritsen Boer) tot haren lijve heeft laten maken en dat sij deselve oock heeft gebruijckt, soo als van gelijcken de voorn Jan Cornelis
gebruijckt heeft de mantel van sijn vader.
>